Maandag in de 18e week na Pinksteren

APOSTEL

Ef 4 : 25-32

Lezing uit de brief van Paulus aan de Efeziërs,

Broeders, leg de leugen af en spreek de waarheid, ieder tegen zijn naaste; want wij zijn elkaars ledematen. Als gij boos wordt, zondig dan niet; laat de zon niet ondergaan over uw geprikkeldheid, en geef de duivel geen kans. Wie gestolen heeft, moet niet meer stelen, maar door zelf hard te werken het goede doen, om iets te kunnen delen met wie gebrek heeft. Laat geen vuile taal over uw lippen komen, maar iets goeds en waar nodig opbouwende woorden, opdat het genade geeft aan hen die het horen. En bedroef de Heilige Geest van God niet, door Wie gij verzegeld zijt tot de dag van de verlossing. Laat alle bitterheid, woede, toorn, geschreeuw en gevloek varen, en alle slechtheid. Wees goed en barmhartig voor elkaar; vergeef elkaar zoals ook God ons in Christus vergeven heeft.

EVANGELIE

Lk 6 : 24-30

Lezing uit het Heilig Evangelie volgens Lukas,

De Heer zei tegen de Joden die bij Hem gekomen waren: ‘Wee u, die rijk bent, want u hebt uw vertroosting al gehad. Wee u, die nu overvloed hebt, want u zult honger lijden. Wee u, die nu lacht, want u zult treuren en wenen. Wee u, als alle mensen lovend over u spreken, want hetzelfde deden hun voorvaderen met de valse profeten. Maar tegen jullie die naar Mij luisteren, zeg ik: Heb je vijanden lief; doe goed aan hen die je haten. Zegen hen die je vervloeken; bid voor hen die je belasteren. Als iemand je op de ene wang slaat, keer hem ook de andere toe. En neemt iemand je mantel van je af, weiger hem ook je onderkleed niet. Geef aan ieder die iets van je vraagt, en als iemand iets van je afneemt, eis het niet terug.’