Donderdag in de 27e week na Pinksteren

APOSTEL

I Tim 6 : 17-21

Lezing uit de eerste brief van Paulus aan Timotheüs,

Mijn kind Timotheüs, draag de rijken in deze tegenwoordige wereld op dat zij niet hooghartig zijn, en hun hoop niet vestigen op zoiets onzekers als rijkdom, maar op de levende God, Die ons rijkelijk van alle dingen voorziet om ervan te genieten; en draag hun op om goed te doen, rijk te zijn in goede werken, vrijgevig te zijn en bereid om samen te delen. Zo verzamelen zij voor zichzelf een schat: een goed fundament voor de toekomst, opdat zij het eeuwige leven verkrijgen. Timotheüs, waak over het je toevertrouwde pand, keer je af van heilloze en holle praat en tegenstrijdigheden van de ten onrechte zo genoemde ‘kennis’. Sommigen, die deze ‘kennis’ verkondigden, zijn van het geloof afgedwaald. De genade zij met u. Amen.

EVANGELIE

Mk 9 : 10-15

Lezing uit het Heilig Evangelie volgens Markus,

In die tijd namen de leerlingen de woorden die Jezus gesproken had ter harte, terwijl zij zich onder elkaar afvroegen: ‘Wat is dat: uit de doden opstaan?’ En zij vroegen Hem: ‘Waarom zeggen de schriftgeleerden dat Elia eerst moet komen?’ Hij antwoordde hun: ‘Elia komt eerst en zal alles herstellen. Maar hoe staat er geschreven over de Mensenzoon, dat Hij veel moet lijden en veracht zal worden? Ik zeg jullie, dat Elia al gekomen is, en zij hebben met hem gedaan wat zij wilden, zoals over hem geschreven staat.’ Toen Hij nu bij de andere leerlingen kwam, zag Hij een grote menigte om hen heen en schriftgeleerden, die met hen aan het discussiëren waren. En zodra heel de menigte Hem zag, waren zij verbaasd en snelden naar Hem toe om Hem te begroeten.