Lezingen van de dag
- Dit evenement is voorbij.
Lezingen van de dag
21 augustus, 2022
10e Zondag na Pinksteren
APOSTEL
I Kor 4 : 9-16
Lezing uit de eerste brief van Paulus aan de Korinthiërs,
Broeders, God heeft ons, apostelen, de laatste plaats aangewezen als mensen die ter dood veroordeeld zijn. Wij zijn immers een schouwspel geworden voor de wereld en voor engelen en voor mensen. Wij zijn dwaas om Christus’ wil, maar gij zijt wijs in Christus, wij zwak, maar gij sterk, gij geëerd, maar wij veracht. Tot op dit moment lijden wij én honger én dorst, én zijn wij naakt, én worden wij met vuisten geslagen, én hebben wij geen vaste woonplaats, én spannen wij ons in door met onze eigen handen te werken. Worden wij uitgescholden, dan zegenen wij. Worden wij vervolgd, dan verdragen wij. Worden wij belasterd, dan vertroosten wij. Tot op dit ogenblik zijn wij uitschot van de wereld en het uitvaagsel van allen. Ik schrijf dit niet om u te beschamen, maar als mijn geliefde kinderen wijs ik u terecht. Want al had gij duizenden leermeesters in Christus, daarmee hebt gij nog niet veel vaders: immers, ik heb u in Christus Jezus door het evangelie verwekt. Ik roep u dus op: word mijn navolgers.
EVANGELIE
In de Metten: het 10e Opstandingsevangelie Jh 21 : 1-14
Lezing uit het Heilig Evangelie volgens Johannes,
In die tijd openbaarde Jezus Zich aan Zijn leerlingen bij het meer van Tiberias, en Hij openbaarde Zich als volgt: Simon Petrus en Thomas, genaamd Didymus, en Nathanaël uit Kana in Galilea, de zonen van Zebedeüs en twee anderen van Zijn leerlingen waren bij elkaar.
Simon Petrus zei tegen hen: ‘Ik ga vissen.’ Zij zeiden tegen hem: ‘Wij gaan met je mee.’ Zij gingen naar buiten en gingen meteen aan boord en zij vingen die nacht niets. En toen het al ochtend geworden was, stond Jezus aan de oever, maar de leerlingen wisten niet dat het Jezus was. Jezus dan zei tegen hen: ‘vrienden, hebben jullie niet iets voor bij het eten?’ Zij antwoordden Hem: ‘Nee.’ Hij zei tegen hen: ‘Werp het net uit aan de rechterkant van het schip en je zult vinden.’ Dus wierpen zij het net uit en zij konden het niet meer ophalen vanwege de grote hoeveelheid vissen. De leerling dan van wie Jezus hield, zei tegen Petrus: ‘Het is de Heer!’ Toen Simon Petrus hoorde dat het de Heer was, sloeg hij zijn bovenkleed om, want hij was ongekleed, en sprong in zee. En de andere leerlingen kwamen met het scheepje, want zij waren niet ver van het land af, slechts ongeveer tweehonderd el, en zij sleepten het net met de vissen mee. Toen zij aan land gegaan waren, zagen zij een kolenvuur met vis daarop liggen, en brood. Jezus zei tegen hen: ‘Breng wat van de vis, die jullie nu gevangen hebben.’ Simon Petrus ging aan boord en trok het net aan land, vol grote vissen, honderddrieënvijftig, en hoewel het er zoveel waren, scheurde het net niet. Jezus zei tegen hen: ‘Kom en eet.’ En niemand van de leerlingen durfde Hem te vragen: ‘Wie bent U?’ want zij wisten dat het de Heer was. Jezus kwam dichterbij, nam het brood en gaf het hun, en eveneens de vis. Dit was al de derde keer, dat Jezus Zich aan Zijn leerlingen openbaarde, nadat Hij uit de doden was opgewekt
In de Liturgie: Mt 17 : 14b-23b
Lezing uit het Heilig Evangelie volgens Mattheüs,
In die tijd kwam er iemand naar Jezus toe die voor Hem op zijn knieën viel en zei: ‘Heer, ontferm U over mijn zoon, want hij is maanziek en heeft veel te lijden, want dikwijls valt hij in het vuur en dikwijls in het water. En ik heb hem bij Uw leerlingen gebracht, maar zij konden hem niet genezen.’ Jezus antwoordde en zei: ‘O
ongelovig en ontaard geslacht, hoelang zal Ik nog bij u zijn, hoelang zal Ik u nog verdragen? Breng hem hier bij Me.’ En Jezus sprak de demon bestraffend toe en deze ging van hem uit; en de jongen was vanaf dat moment genezen. Toen kwamen de leerlingen bij Jezus toen Hij alleen was en zeiden: ‘Waarom konden wij hem niet uitdrijven?’ En Jezus zei tegen hen: ‘Om uw ongeloof. Want, amen, Ik zeg u: Als gij geloof had als een mosterdzaadje, zoudt gij tegen deze berg zeggen: Ga van hier naar daar! En hij zou gaan, en niets zou voor u onmogelijk zijn. Maar dit soort gaat niet uit dan door bidden en vasten.’ Terwijl zij in Galilea verbleven, zei Jezus tegen hen: ‘De Zoon des mensen zal overgeleverd worden in de handen van mensen. En zij zullen Hem doden, maar op de derde dag zal Hij worden opgewekt.’