Lezingen van de dag
- Dit evenement is voorbij.
Lezingen van de dag
30 april, 2022
Stralende Zaterdag
APOSTEL
Hand 3:11-16
Lezing uit de Handelingen der Apostelen,
In die dagen, terwijl de verlamde, die genezen was, Petrus en Johannes vastklampte, stroomde al het volk bij hen samen in de zuilengang die de zuilengang van Salomo genoemd wordt, en verbaasde zich. Toen Petrus dat zag, antwoordde hij het volk: ‘Israëlieten, waarom verwondert gij u hierover, of waarom kijkt gij ons zo doordringend aan, alsof wij door onze eigen kracht of godsvrucht hebben bewerkstelligd dat deze man nu loopt? De God van Abraham, Izak en Jakob, de God van onze vaderen, heeft Zijn dienaar Jezus verheerlijkt, Die gij hebt overgeleverd. Gij hebt Hem verloochend vóór Pilatus, toen die oordeelde dat men Hem zou loslaten. Gij echter hebt de Heilige en Rechtvaardige verloochend en gevraagd dat u een moordenaar geschonken zou worden, maar de Leidsman ten leven hebt gij gedood, Die God uit de doden opgewekt heeft, waarvan wij getuigen zijn. En door het geloof in Zijn Naam heeft Zijn Naam deze man, die gij ziet en kent, sterk gemaakt. En het geloof dat er is door Jezus, heeft hem in aanwezigheid van u allen deze volkomen gezondheid geschonken.
EVANGELIE
Jh 3:22-33
Lezing uit het Heilig Evangelie volgens Johannes,
In die tijd ging Jezus met Zijn leerlingen naar het gebied Judea en Hij verbleef daar met hen en doopte er. En ook Johannes doopte in Enon bij Salim, omdat daar veel water was; en de mensen kwamen daar om zich te laten dopen; want Johannes was nog niet in de gevangenis geworpen. Er ontstond dan een discussie tussen enkele leerlingen van Johannes en een Jood over de reiniging. En zij gingen naar Johannes en zeiden tegen hem: ‘Rabbi, de man die bij u was aan de overkant van de Jordaan, over Wie gij een getuigenis hebt afgelegd, zie, Hij doopt ook en allen gaan naar Hem toe.’ Johannes antwoordde en zei: ‘Geen mens kan iets aannemen, als het hem niet uit de hemel gegeven is. Gij kunt zelf van mij getuigen, dat ik gezegd heb: Ik ben de Christus niet, maar ik ben voor Hem uit gezonden. Wie de bruid heeft, is de bruidegom, maar de vriend van de bruidegom, die naast hem staat en naar hem luistert, is vol blijdschap over de stem van de bruidegom. Nu is mijn blijdschap volkomen geworden. Hij moet groter worden, en ik kleiner. Wie van boven komt, is boven allen; wie van de aarde is, behoort tot de aarde en spreekt vanuit de aarde. Wie uit de hemel komt, is boven allen, en wat Hij gezien en gehoord heeft, daarvan getuigt Hij, toch neemt niemand Zijn getuigenis aan. Wie Zijn getuigenis aanneemt, heeft daarmee bezegeld dat God waarachtig is.’