Lezingen van de dag

Laden Evenementen

« Alle Evenementen

  • Dit evenement is voorbij.

Lezingen van de dag

14 november, 2021

21e Zondag na Pinksteren

Prokimen  toon 4 (ps 103) Hoe groot zijn Uw werken, o Heer: Gij hebt alles met wijsheid gemaakt. Zegen, mijn ziel, de Heer; Heer mijn God, Gij zijt onnoemelijk groot.

APOSTEL

Pericoop 203 (Gal 2 : 16-20)

Lezing uit de brief van Paulus aan de Galaten,

Broeders, wij weten dat een mens niet gerechtvaardigd wordt door de wet na te leven, maar door het geloof in Jezus Christus. Ook wij zijn tot geloof in Christus Jezus gekomen, opdat wij gerechtvaardigd zouden worden door het geloof in Christus en niet door de wet na te leven; want daardoor wordt geen mens gerechtvaardigd. Maar als wij, die in Christus verlangen gerechtvaardigd te worden, ook zelf zondaars blijken te zijn, is Christus dan een dienaar van de zonde? Natuurlijk niet! Want als ik dat wat ik afgebroken heb, weer opbouw, dan bewijs ik daarmee dat ik zelf een overtreder ben. Want ik ben door de wet voor de wet gestorven, opdat ik voor God zou leven. Met Christus ben ik gekruisigd: ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij.; en voor zover ik nu in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God, Die mij heeft liefgehad en Zichzelf voor mij heeft overgegeven.

Alleluja  toon 4 (ps. 44)

Maak U gereed, ruk met geluk vooruit en heers, omwille van waarheid, zachtmoedigheid en recht. Gij bemint gerechtigheid, maar haat onrecht; daarom heeft God, uw God, u gezalfd met olie der vreugde boven uw gezellen.

EVANGELIE

In de Metten: Jh – pericoop 66 – het 10e Opstandingsevangelie (Jh 21 : 1-14)

Lezing uit het Heilig Evangelie volgens Johannes,

In die tijd openbaarde Jezus Zich aan Zijn leerlingen bij het meer van Tiberias, en Hij openbaarde Zich als volgt: Simon Petrus en Thomas, genaamd Didymus, en Nathanaël uit Kana in Galilea, de zonen van Zebedeüs en twee anderen van Zijn leerlingen waren bij elkaar. Simon Petrus zei tegen hen: ‘Ik ga vissen.’ Zij zeiden tegen hem: ‘Wij gaan met je mee.’ Zij gingen naar buiten en gingen meteen aan boord en zij vingen die nacht niets. En toen het al ochtend geworden was, stond Jezus aan de oever, maar de leerlingen wisten niet dat het Jezus was. Jezus dan zei tegen hen: ‘vrienden, hebben jullie niet iets voor bij het eten?’ Zij antwoordden Hem: ‘Nee.’ Hij zei tegen hen: ‘Werp het net uit aan de rechterkant van het schip en je zult vinden.’ Dus wierpen zij het net uit en zij konden het niet meer ophalen vanwege de grote hoeveelheid vissen. De leerling dan van wie Jezus hield, zei tegen Petrus: ‘Het is de Heer!’ Toen Simon Petrus hoorde dat het de Heer was, sloeg hij zijn bovenkleed om, want hij was ongekleed, en sprong in zee. En de andere leerlingen kwamen met het scheepje, want zij waren niet ver van het land af, slechts ongeveer tweehonderd el, en zij sleepten het net met de vissen mee. Toen zij aan land gegaan waren, zagen zij een kolenvuur met vis daarop liggen, en brood. Jezus zei tegen hen: ‘Breng wat van de vis, die jullie nu gevangen hebben.’ Simon Petrus ging aan boord en trok het net aan land, vol grote vissen, honderddrieënvijftig, en hoewel het er zoveel waren, scheurde het net niet. Jezus zei tegen hen: ‘Kom en eet.’ En niemand van de leerlingen durfde Hem te vragen: ‘Wie bent U?’ want zij wisten dat het de Heer was. Jezus kwam dichterbij, nam het brood en gaf het hun, en eveneens de vis. Dit was al de derde keer, dat Jezus Zich aan Zijn leerlingen openbaarde, nadat Hij uit de doden was opgewekt.

In de Liturgie: Lc – pericoop 53 (Lc 10 : 25-37)

Lezing uit het Heilig Evangelie volgens Lucas,

In die tijd kwam een wetgeleerde bij Jezus om Hem op de proef te stellen en zei: ‘Meester, wat moet ik doen om het eeuwig leven te beërven?’ Hij zei tegen hem: ‘Wat staat er in de Wet geschreven? Wat leest u daar?’ Hij antwoordde en zei: ‘U zult de Heer, uw God, liefhebben met heel uw hart, met heel uw ziel, met heel uw kracht en met heel uw verstand, en uw naaste als uzelf.’ Hij zei tegen hem: ‘U hebt juist geantwoord; doe dat en u zult leven.’ Maar hij wilde zich rechtvaardigen en zei tegen Jezus: ‘En wie is mijn naaste?’ En Jezus nam het woord en zei: ‘Iemand daalde af van Jeruzalem naar Jericho en viel in handen van rovers, die hem uitkleedden en mishandelden en hem halfdood lieten liggen toen zij weggingen. Toevallig kwam er een priester langs diezelfde weg; hij zag hem en en ging aan de overkant voorbij. Er kwam ook een leviet langs die plaats en toen hij hem zag, liep ook hij aan de overkant voorbij. Maar een Samaritaan die op reis was, kwam naar hem toe, en toen hij hem zag liggen, werd hij met ontferming bewogen. Hij ging naar hem toe, verbond zijn wonden, goot er olie en wijn op, zette hem op zijn eigen lastdier, bracht hem naar een herberg en verzorgde hem. En toen hij de volgende dag wegging, haalde hij twee denariën tevoorschijn, die hij aan de waard gaf en hij zei tegen hem: Zorg voor hem, en alles wat u meer aan kosten hebt, zal ik u op mijn terugreis vergoeden. Wie nu van deze drie is volgens u de naaste geworden van hem, die in de handen van de rovers gevallen was?’ Hij zei: ‘Diegene die hem barmhartigheid bewezen heeft.’ En Jezus zei tegen hem: ‘Ga heen en doe evenzo.’

Gegevens

Datum:
14 november, 2021
Evenement Categorie:

Geef een reactie