Lezingen van de dag
- Dit evenement is voorbij.
Lezingen van de dag
13 oktober, 2021
Woensdag in de 17e week na Pinksteren
APOSTEL
Pericoop 223 (Ef 3 : 8-21)
Lezing uit de brief van Paulus aan de Efeziërs,
Broeders, mij, de allerminste van alle heiligen, is de genade gegeven om onder de heidenen de ondoorgrondelijke rijkdom van Christus te verkondigen, en voor allen in het licht te stellen wat de bediening is van het geheimenis, dat door de eeuwen heen verborgen is geweest in God, Die alles geschapen heeft door Jezus Christus, opdat nu door de kerk aan de overheden en de machten in de hemelse gewesten de veelvuldige wijsheid van God bekendgemaakt zou worden, volgens het eeuwige voornemen dat Hij gemaakt heeft in Christus Jezus, onze Heer. In Hem hebben wij de vrijmoedigheid en de toegang in vertrouwen, door het geloof in Hem. Daarom vraag ik u dat gij de moed niet verliest vanwege mijn verdrukkingen omwille van u, want dat is uw heerlijkheid. Om deze reden buig ik mijn knieën voor de Vader van onze Heer Jezus Christus, naar Wie elk geslacht in de hemelen en op de aarde genoemd wordt, opdat Hij u geeft, volgens Zijn rijke heerlijkheid, met kracht gesterkt te worden door Zijn Geest in de innerlijke mens, opdat Christus door het geloof in uw harten woont en gij in de liefde geworteld en gegrondvest zijt, opdat gij ten volle zou kunnen begrijpen, met alle heiligen, wat de breedte en de lengte, de diepte en de hoogte is, en gij de liefde van Christus zou kennen, die alle kennis te boven gaat, opdat gij vervuld zou worden tot heel de volheid van God. Aan Hem Die bij machte is oneindig veel meer te doen dan wij vragen of denken, overeenkomstig de kracht die in ons werkzaam is, aan Hem zij de heerlijkheid in de kerk, in Christus Jezus, tot in alle geslachten, tot in alle eeuwigheid. Amen.
EVANGELIE
Lc – pericoop 37 (Lc 8 : 22-25)
Lezing uit het Heilig Evangelie volgens Lucas,
In die tijd ging Jezus met Zijn leerlingen in een boot, en Hij zei tegen hen: ‘Laten wij naar de overkant van het meer varen.’ En zij staken van wal. Tijdens de overvaart viel Hij in slaap. En er brak een stormwind los over het meer, en de boot maakte water en zij verkeerden in nood. Zij gingen naar Hem toe, maakten Hem wakker en zeiden: ‘Meester, Meester, wij vergaan!’ Toen stond Hij op, bestrafte de wind en de golven; en zij bedaarden en het werd kalm. En Hij zei tegen hen: ‘Waar is jullie geloof?’ En zij waren geschrokken en zeiden vol verwondering tegen elkaar: ‘Wie is toch deze man, dat Hij zelfs de winden en het water bevelen geeft en zij Hem gehoorzamen?’