Zaterdag in de 11e week na Pinksteren

APOSTEL

Pericoop 123 (I Cor 1 : 3-9)

Lezing uit de eerste brief van Paulus aan de Corinthiërs,

Broeders, genade zij u en vrede van God, onze Vader, en van de Heer Jezus Christus. Ik dank mijn God altijd voor u, vanwege de genade van God die u gegeven is in Christus Jezus. Gij zijt namelijk in alles rijk geworden in Hem, in alle spreken en alle kennis, naarmate het getuigenis van Christus bij u verankerd is, zodat het u aan geen enkele genadegave ontbreekt, terwijl gij de openbaring van onze Heer Jezus Christus verwacht. God zal u ook bevestigen tot het einde toe, zodat gij onberispelijk zult zijn op de dag van onze Heer Jezus Christus. God is getrouw, door Wie gij geroepen zijt tot de gemeenschap met Zijn Zoon Jezus Christus, onze Heer.

EVANGELIE

Mt pericoop 78 (Mt 19 : 3-12)

Lezing uit het Heilig Evangelie volgens Mattheüs,

In die tijd kwamen de Farizeeën naar Jezus toe om Hem op de proef te stellen en ze zeiden tegen Hem: ‘Is het een man toegestaan zijn vrouw weg te zenden, om welke reden dan ook?’ Hij antwoordde en zei tegen hen: ‘Hebt gij niet gelezen dat Hij Die hen vanaf het begin geschapen heeft, hen mannelijk en vrouwelijk geschapen heeft, en gezegd heeft: Daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en zich aan zijn vrouw hechten, en die twee zullen één zijn, zodat zij niet langer twee zijn, maar één? Dus wat God verenigd heeft, mag een mens niet scheiden.’ Toen vroegen zij Hem: Waarom heeft Mozes dan geboden haar een echtscheidingsbrief te geven en haar zo weg te zenden?’ Hij antwoordde hun: ‘Vanwege de hardheid van uw hart heeft Mozes u toegestaan uw vrouw weg te zenden, maar van het begin af aan is het zo niet geweest. Maar Ik zeg u: Wie zijn vrouw wegzendt en met een ander trouwt, pleegt overspel, behalve in het geval van ontucht; en wie met de weggezonden vrouw trouwt, pleegt overspel.’ Zijn leerlingen zeiden tegen Hem: ‘Als de zaak van de man met de vrouw er zo voor staat, is het beter niet te trouwen.’ Maar Hij zei tegen hen: ‘Niet allen vatten dit woord, maar alleen zij aan wie het gegeven is: Er zijn mannen die voor het huwelijk ongeschikt zijn die uit de moederschoot zo geboren zijn; en er zijn anderen die door mensen ongeschikt gemaakt zijn; en er zijn er die zichzelf ongeschikt gemaakt hebben omwille van het Koninkrijk der hemelen. Wie dit vatten kan, laat die het vatten.’