Lezingen van de dag
- Dit evenement is voorbij.
Lezingen van de dag
20 juli, 2021
Dinsdag in de 5e week na Pinksteren
APOSTEL
Pericoop 114 (Rom 14 : 9-18)
Lezing uit de brief van Paulus aan de Romeinen,
Broeders, met dit doel is Christus gestorven, opgestaan en levend geworden, dat Hij zowel over doden als levenden zou heersen. Gij echter, waarom oordeelt gij uw broeder? En gij, waarom minacht gij uw broeder? Wij zullen toch allen voor de rechterstoel van Christus gesteld worden. Want er staat geschreven:
Zo waar als Ik leef, zegt de Heer: Voor Mij zal elke knie zich buigen, en elke tong zal God belijden.
Zo zal dan ieder van ons voor zichzelf rekenschap geven aan God. Laten wij dan niet langer elkaar oordelen, maar oordeel liever dit: de broeder geen aanstoot of oorzaak tot struikelen te geven. Ik weet en ben ervan overtuigd in de Heer Jezus dat niets in zichzelf onrein is. Alleen voor hem die van mening is dat iets onrein is, voor die is het onrein. Maar als uw broeder om wat gij eet bedroefd wordt, dan wandelt gij niet meer naar de liefde. Richt door uw eten hem niet te gronde voor wie Christus gestorven is. Laat dan het goede dat gij bezit niet gelasterd worden. Want het Koninkrijk Gods bestaat niet uit eten en drinken, maar uit gerechtigheid, vrede en vreugde in de Heilige Geest. Want wie Christus in deze dingen dient, is welbehaaglijk voor God en geacht bij de mensen.
Prokimen toon 4 (ps 109)
Gij zijt priester in eeuwigheid, volgens de ordening van Melchizedek. De Heer zegt tegen mijn Heer: zit aan Mijn rechterhand, totdat Ik Uw vijanden maak tot een voetbank onder Uw voeten.
Pericoop 57b (Rom 5 : 10-20)
Lezing uit de brief van de heilige apostel Jakobus,
Broeders, neem tot een voorbeeld van het lijden en van het geduld de profeten, die in de Naam van de Heer gesproken hebben. Zie, wij prijzen hen gelukzalig die volharden. Gij hebt gehoord
van de volharding van Job, en uit het einde, dat de Heer hem gegeven heeft hebt gij gezien, dat de Heer vol ontferming en barmhartig is. Maar voor alles, mijn broeders, zweer niet: niet bij de hemel, ook niet bij de aarde, en zweer ook geen enkele andere eed, maar laat uw ja ja zijn en uw nee nee, opdat gij niet in huichelachtigheid valt. Is iemand onder u in lijden? Laat hij bidden. Heeft
iemand goede moed? Laat hij lofzingen. Is iemand onder u ziek? Laat hij dan de priesters van de kerk bij zich roepen en laten die voor hem bidden en hem met olie zalven in de Naam van de Heer. En het gelovig gebed zal de zieke redden en de Heer zal hem weer oprichten. En als hij zonden gedaan heeft, zal hem dat vergeven worden. Belijd elkaar uw overtredingen en bid voor elkaar,
opdat gij genezen wordt. Het krachtig gebed van een rechtvaardige brengt veel tot stand.
Elia was een mens net zoals wij en hij bad een gebed dat het niet zou regenen, en het regende niet op de aarde, drie jaar en zes maanden. En hij bad opnieuw, en de hemel gaf regen en de aarde bracht haar vrucht voort. Broeders, als iemand onder u van de waarheid is afgedwaald en een ander doet hem terugkeren, weet dan dat hij die een zondaar van zijn dwaalweg doet terugkeren, een ziel zal redden van de dood en een menigte van zonden zal bedekken.
Alleluja toon 4 (ps 98 en 33)
Mozes en Aäron zijn onder Zijn priesters, en Samuël onder hen die Zijn Naam aanroepen. De rechtvaardigen roepen en de Heer verhoort hen; Hij bevrijdt hen uit al hun kwellingen.
EVANGELIE
Mt pericoop 46-a (Mt 12 : 14-16, 22-30)
Lezing uit het Heilig Evangelie volgens Mattheüs,
In die tijd beraadslaagden de Farizeeën tegen Jezus dat zij Hem zouden ombrengen. Maar Jezus wist dit en vertrok vandaar; en veel menigten volgden Hem en Hij genas hen allen. En Hij gebood hun streng dat zij Hem niet bekend zouden maken. Toen werd er een bezetene bij Hem gebracht die blind was en niet kon spreken. En Hij genas hem, zodat hij die blind en stom was, kon spreken en zien. En al de menigten waren buiten zichzelf en zeiden: ‘Is dit niet de Christus, de Zoon van David?’ Maar de Farizeeën hoorden dit en zeiden: ‘Hij drijft de demonen alleen maar uit door Beëlzebul, de vorst der demonen.’ Maar Jezus kende hun gedachten en zei tegen hen: ‘Ieder koninkrijk dat innerlijk verdeeld is, gaat te gronde; en geen enkele stad en geen enkel huis dat innerlijk verdeeld is, zal standhouden. En als de satan de satan uitdrijft, dan is hij in zichzelf verdeeld; hoe zal zijn rijk dan standhouden? En als Ik door Beëlzebul de demonen uitdrijf, door wie drijven uw zonen ze dan uit? Daarom zullen zij uw rechters zijn. Maar als Ik door Gods Geest de demonen uitdrijf, dan is het Koninkrijk Gods bij u gekomen. Of hoe kan iemand het huis van een sterke binnengaan en zijn huisraad roven, als hij niet eerst de sterke heeft vastgebonden? Pas dan zal hij zijn huis leegroven. Wie niet met Mij is, is tegen Mij; en wie niet met Mij bijeenbrengt, drijft uiteen.’
Lc pericoop 14 (Lc 4 : 22-30)
Lezing uit het Heilig Evangelie volgens Lucas,
In die tijd verwonderden zich de scharen over de woorden van genade, die uit Jezus’ mond vloeiden, en zij zeiden: ‘Is dit niet de zoon van Jozef?’ En Hij zei tegen hen: ‘U zult ongetwijfeld Mij op het spreekwoord wijzen: Geneesheer, genees uzelf. Doe alles waarvan wij gehoord hebben dat het in Kafarnaüm gebeurd is ook hier in Uw vaderstad.’ Hij zei: ‘Amen, Ik zeg u dat geen profeet welkom is in zijn vaderstad. Naar waarheid zeg Ik u: in de tijd van Elia, toen de hemel drie jaar en zes maanden gesloten was en er een grote hongersnood in heel het land heerste, waren er veel weduwen in Israël en naar geen van hen werd Elia gezonden, maar alleen naar een weduwe in Sarepta bij Sidon. En er waren veel melaatsen in Israël in de tijd van de profeet Elisa, en niemand van hen werd gereinigd, maar wel de Syriër Naäman.’ En allen in de synagoge ontstaken in grote woede toen zij dit hoorden. Zij stonden op, dreven Hem de stad uit en brachten Hem naar de rand van de berg waarop hun stad gebouwd was, om Hem van de steilte af te duwen. Maar Hij liep midden tussen hen door en ging weg.