Heiligen van de dag
- Dit evenement is voorbij.
Heiligen van de dag
30 oktober
De heilige Zenobios, bisschop-martelaar van Aegea, en zijn zuster Zenobia. Na de dood van hun ouders schonken zij hun vermogen aan de armen. Zenobios werd toen tot bisschop gekozen en vol ijver wijdde hij zich aan de verbreiding van het geloof en het verzorgen van de zieken, want hij had een artsopleiding gevolgd. Hij werd als christen gearresteerd en aan zware folteringen onderworpen. Toen Zenobia dit zag, voegde zij zich bij hem en beleed eveneens christen te zijn. Toen werden beiden ter dood gebracht in Kilikië, tijdens de vervolging van Diokletiaan rond 285.
De heilige martelares Eutropia had zich tot taak gesteld de gevangen christenen bij te staan. Zij bezocht hen geregeld en sprak hun moed in om te volharden en de folteringen omwille van Christus geduldig te verdragen. Toen werd zij eveneens gegrepen en langzaam verbrand, maar zij riep dat zij in haar lijden bijgestaan werd door Christus, zodat zij haar ziel overgaf met een vurig dankgebed. Dit gebeurde in Alexandrië, in 250.
De heilige apostelen uit de zeventig: Tertios, bisschop van Ikonië (Rom.16:22); Markos, bisschop van Apollonia en neef van de apostel Barnabas; Justos, bisschop van Eleutheropolis; en Artemas, bisschop van Lystra. Zij zijn in vrede gestorven.
De heilige martelaren Alexandros, Kronion, Julianos, Makarios en nog 13 anderen die gedood zijn te Alexandrië onder Decius tegen het jaar 250. Alexandros die verlamd was, werd door zijn dienaar Kronion naar het gerecht gedragen. Na hun belijdenis werden zij onder kamelen vastgebonden en zo ten spot door de stad geleid. Daarna werden zij wreed gefolterd en tenslotte nog levend onder ongebluste kalk begraven.
De anderen werden, nadat zij door allerlei folteringen als publieke vermakelijkheid hadden gediend, met het zwaard gedood.
De heilige Helena van Anjou, koningin van Servië. Zij was een bijzonder intelligente vrouw met helder doorzicht, een praktisch verstand en grote daadkracht. Na de dood van haar echtgenoot Ouroch I, die op zijn sterfbed de monniksgeloften had afgelegd, wijdde zij zich aan een hard ascetisch leven voor zichzelf, maar tegelijk aan liefdevolle zorg voor armen en noodlijdenden. Zij zorgde voor de opvoeding van wezen, bouwde scholen, kerken en kloosters, herstelde telkens de eendracht tussen haar zonen, – van wie er twee heilig verklaard zijn – en organiseerde de verdediging van het land.
Toen op hoge leeftijd haar werkkracht verminderde, nam Helena de sluier aan onder de naam Elisabeth, en overleed niet lang daarna in haar paleis, rond 1250. Tegen haar zoon Dragutin legde zij de volgende verklaring af: “Vergeet toch nooit dat ons bestaan hier op aarde niet het echte leven is maar onafwendbare dood. Vandaag zijn we hier en morgen weet niemand waar we dan zullen verblijven. Vandaag ben je heerser en morgen wellicht slaaf; vandaag leef je in overvloed en misschien morgen in ellende; vandaag ben jij het die het oordeel uitspreekt, morgen kun je veroordeeld worden”.
Drie jaar later werd het lichaam van de heilige Helena volkomen ongeschonden gevonden na een visioen van de bisschop. De relieken zijn bijgezet in het klooster van Gradats, waar ze voortdurend zijn vereerd.
De heilige Milutin (Stefanos), koning van Servië, zoon van de heilige Helena‚ voerde oorlog tegen keizer Michaël VIII toen deze de uniëring met Rome aan de orthodoxe volkeren wilde opdringen. Hij was overwinnaar terwijl hij zich wijdde aan het voortdurend gebed waarbij hij al zijn zorgen in Gods handen stelde.
Na zijn troonsbestijging deed hij de gelofte jaarlijks een kerk te bouwen, en inderdaad heeft hij gedurende zijn bestuur (1278-1320) 42 kerken gebouwd, in Servië, Thessalonika, Sofia, Constantinopel en Jeruzalem. Bij verschillende van die kerken stichtte hij ook een hospitium voor de armen.
Ondanks zijn rijkdom had hij een eenvoudige hofhouding. Vaak trok hij versleten kleren aan en mengde zich onder het volk om hun noden te Ieren kennen en op rechtvaardige wijze hulp te kunnen bieden. Hij is ontslapen op 29 oktober 1320. Zijn ongeschonden lichaam werkte vele wonderen en bevindt zich in de kathedraal van Sofia.
De heilige prins Dragutin van Servië, eveneens een zoon van de heilige Helena. Hij had reeds snel afstand gedaan van de troon en zich teruggetrokken in een zelf gegraven hol. Als monnik zette hij zich in voor de bekering der ketterse Bogomilen; hij is gestorven in 1316.
De heilige martelaar Markianos bisschop van Syracuse. Hij was een leerling van de heilige apostel Petros; een reus met geweldige kracht maar met een zachtmoedige inborst‚ de heilige Petros was bijzonder op hem gesteld. Dezelfde eigenschappen maakten hem ook populair bij het volk en hij had groot succes met zijn bekeringswerk. Daarom werd hij ook ter dood gebracht.
De heilige Josef I, patriarch van Constantinopel. Hij was eerst een gehuwde priester, maar na de dood van zijn vrouw werd hij monnik op de Galesa-berg in Klein-Azië. Later werd hij tot hegoumen gekozen. Hij genoot bijzondere bekendheid om zijn toegewijde zorg voor de armen en om zijn zachtmoedigheid. Daarom werd hij door keizer Michaël VIII (1259-1282) gekozen als geestelijke vader. Voor zichzelf was hij een strenge asceet, een eenvoudig man zonder wetenschappelijke opleiding, maar om zijn heilig leven werd hij tot patriarch verheven op de 1e januari 1268.
Zijn eerste daad was, de keizer op te leggen een openbare belijdenis te doen van zijn twee grootste zonden: meineed en het doen blind maken van de wettelijke troonopvolger. Bovendien verzette hij zich, ondanks hun vriendschap, hardnekkig tegen de politiek van de keizer om concessies te doen aan de paus omwille van politieke hulp. Daarom werd Josef in het vijfde jaar van zijn bestuur weer afgezet en verbannen naar het klooster van Peribleptos.
Toen Josef 10 jaar later, in 1283, weer teruggeroepen werd naar de patriarchale troon, was hij oud en zwak en niet meer opgewassen tegen de twisten die de kerk verdeelden. Hij werd ziek en stierf binnen drie maanden.
De heilige Asterios, metropoliet van Amasa in Pontus, beschrijft zelf hoe hij als jongeman, na zijn studie van recht en welsprekendheid, advocaat was aan de balie. Maar steeds weer was er een inwendige stem die hem aanmaande zijn talenten te wijden aan de geestelijke dienst van de naaste. Hij gaf tenslotte aan die roepstem gehoor, deed afstand van alles wat hij had bereikt, en schaarde zich onder de geestelijkheid.
Na de dood van de aartsbisschop werd Asterios op de cathedra geplaatst Met vuur nam hij het onderricht ter hand om de zuiverheid te bewaren van het geloof en dit in de praktijk van het leven ten uitvoer te brengen. Daarbij legde hij de meeste nadruk op de zorg voor de armen. Ook het afschuwwekkende van de ondeugden wist hij in helle kleuren te schilderen en hij verzette zich tegen nog resterende heidense gebruiken die begunstigd werden door Juliaan de Afvallige. Asterios bereikte een hoge leeftijd en is gestorven in het begin van de 5e eeuw.
De heilige Germanus, bisschop van Capua. Hij was in 519 door paus Hormisdas als gezant gezonden naar keizer Justinos van het Oost- Romeinse Rijk, en hij slaagde erin een eind te maken aan het sinds 40 jaar bestaande schisma. Paus Gregorius beschrijft hoe de heilige Benedictus in een visioen gezien had dat de ziel van de bisschop van Capua bij zijn dood door de engelen omhoog gevoerd werd in de eeuwige zaligheid.
De heilige Serapion, de achtste bisschop van Antiochië, bekend om zijn grote geleerdheid. Hij was gekozen in 189 en had te strijden tegen het opkomend montanisme, dat de kerk tot een ijle, geestelijke sekte dreigde te doen vervluchtigen. Ook heeft hij een boek geschreven tegen het apocriefe Petros-evangelie, dat hij eerst in goed vertrouwen had laten gebruiken tot hij het zelf gelezen had. Het begunstigt namelijk de docetische opvatting dat Christus slechts een schijn-lichaam had en daarom niet werkelijk voor ons geleden heeft. Serapion is gestorven in 212.
De heilige martelaar Theonestos, bisschop van Filippi in Makedonië. De Vandalenkoning Huneric uit Noord-Afrika had de hand op hem weten te leggen en liet hem delen in het lot van de vele andere bisschoppen die hij verbannen had. Theonestos overleefde de reis zonder leeftocht in het wrakke schip en kwam aan in Italië, buiten het machtsgebied van Huneric. Hij ging door naar Rome, en kreeg daar de opdracht om het geloof te gaan prediken onder de Germanen. Hij kwam met zijn gezellen weer met de Arianen in aanraking, die hem naar Italië terugzonden. Daar is hij gearresteerd en ter dood gebracht.
De heilige Talarican, bisschop in Schotland, waar hij missioneerde in de noordelijke gebieden. Daar zijn nog veel kerken die zijn naam dragen. Hij leefde in de 6e eeuw.
De heilige martelaar Marcellus, een hoofdman van het Romeinse garnizoen in Leon (Spanje). Hij was christen geworden door de prediking van de bisschop van Leon, Decentius. In 298 werd de verjaardag van de keizer gevierd met overdadige praal, waarbij ook een menigte offers gebracht werd aan de afgoden. Marcellus wenste daaraan niet deel te nemen: hij verklaarde openlijk dat hij een soldaat was van Jezus Christus, de eeuwige Koning en hij legde daarom zijn aardse wapenrusting en onderscheidingstekens af. Hij werd gevangen genomen en na de feestelijkheden voor het gerecht gedaagd. Hij wilde echter Christus niet verloochenen en werd daarop ter dood gebracht. Zijn gezin volgde hem na en werd na hem eveneens gedood, in 298.
De griffier Cassianus weigerde dit vonnis uit te schrijven en smeet‚ woedend over zoveel onrechtvaardigheid, zijn schrijftafeltjes op de grond. Hij werd in de gevangenis geworpen om af te koelen, maar toen hij een maand later opnieuw werd verhoord en bij zijn mening bleef, werd hij eveneens onthoofd, op 3 december.
De heilige martelares Arilda, die bij Thornbury in Gloucestershire werd vermoord toen zij haar maagdelijkheid verdedigde. De naam is Saksisch, niet Brits. Haar lichaam rust in de abdij van Gloucester. De tijd van haar leven is onbekend.
De heilige martelaar Foillan was een der zonen van koning Fyltan van Munster in Ierland. Drie broers waren monnik en na de dood van de oudste in 650 gingen Foillan en Ultan naar Nijvel in Brabant, naar de heilige abdis Gertrudis. Ultan kreeg opdracht een abdij te bouwen in het bisdom Maastricht maar Gertrudis hield Foillan in het klooster om leraar te zijn bij de monialen. Hij predikte eveneens in de omliggende dorpen. ln 655 werd hij met drie anderen door een roversbende gedood in het Zoniënwoud dat zich toen nog uitstrekte tot in Henegouwen. Eerst na drie maanden werden hun ontzielde lichamen gevonden. De relieken van Foillan worden vereerd in de kerk van de door hem gestichte abdij te Fosse.
Ook nog op deze dag de heilige martelaren Anastasia van Thessalonika; Dometios uit Frygië, gedood onder Juliaan de Afvallige; Manuel; paus Pontianus en de priester Hippolytus die tijdens de vervolging van keizer Alexander naar Sardinië verbannen werden en daar doodgeslagen zijn; Maximos te Apamea in Frygië, onder Diokletiaan; Hermenegild (zie 13 april) ; Lucianus, ter dood gebracht in Logny-en-Beauce, in het grensgebied tussen Orléans en Chartres. Hij wordt vooral te Parijs vereerd; Saturninus te Cagliari op Sardinië gedood onder Diokletiaan; Thalassius en Baïus te Issoudun, 5e eeuw; en Claudius, Lupercus en Victorius, zonen van de honderdman Marcellus, te Leon in Spanje gedood.
Eveneens op deze dag de heilige Kleopas, apostel uit de zeventig. Samen met Lukas had hij de verrezen Heer ontmoet in Emmaüs; Alchas, bisschop van Toul‚ 7e eeuw; Gerardus, bisschop van Potenza in Basilicata; Pigmenius, bisschop van Autun; en de monnik Herbern te Tours, gestorven rond 915.
Door de gebeden van deze en al Uw heiligen, Heer Jezus Christus onze God, ontferm U over ons en red ons. Amen.
teksten samengesteld door archimandriet Adriaan – eeuwige gedachtenis !
illustraties door matj. Johanna – eeuwige gedachtenis !
overgenomen met toestemming van het klooster St. Jan de Voorloper in Den Haag.