Heiligen van de dag

Laden Evenementen

« Alle Evenementen

  • Dit evenement is voorbij.

Heiligen van de dag

22 september

De heilige martelaar Fokas, bisschop van Sinope aan de Zwarte Zee, de Wonderdoener. Zijn vader was scheepsbouwer. Direct na zijn bekering ontving Fokas de gave van wonderen, en samen met zijn vurige prediking bracht hij daardoor velen tot Christus. Daarom werd hij gevangen genomen en onder foltering ondervraagd, maar toen geschiedde zulk een heftige aardbeving dat het gerechtshof door vrees werd bevangen. Fokas werd nu voor keizer Trajanus geleid en in een gloeiend bad verslikt, in het jaar 117.

De heilige profeet Jona, aan jong en oud bekend door zijn driedaags verblijf in de buik van het zeemonster, waardoor hij een voorafbeelding was van Christus’ verblijf in het graf, terwijl de boete der Ninivieten ons een navolgbaar voorbeeld van berouw voor ogen stelt. Het Bijbelboek tekent ons een bijzonder levendig beeld van zijn persoonlijkheid: gegrepen door God en beladen met een opdracht waaraan hij op verschillende manier poogt te ontsnappen, maar het is onontkoombaar. Daardoor wordt zijn prediking zo overtuigend, dat hij drie dagen een gehele wereldstad tot boete brengt. Het vervolg van de geschiedenis toont ons zijn verdriet omdat de stad niet verwoest wordt; en zijn heftige emoties over de plant die hem schaduw verschaft en dan weer verdort. En God zegt dan, in dat sublieme slot van het Boek Jona:
“Gij bedroeft u over een plant, waarvoor ge niets gedaan hebt, zou Ik dan niet begaan zijn met die grote stad Ninive, waar meer dan 120.000 mensen wonen, die nauwelijks het verschil kennen tussen rechts en links? En daarbij nog zoveel dieren!”

De 26 heilige martelaren, die op bevel van keizer Michaël Paleologos in de toren van Zografou zijn verbrand, toen zij geprotesteerd hadden tegen een pakt met de Latijnen en tegen de daaraan meewerkende patriarch. Het waren hegoumen Thomas met 21 van zijn monniken: Barsanuufios, Kyrillos, Micheas, Simon, Hilarion, Jakob, Job, Kyprianos, Sabbas, nog een Jakob, Martinianos, Kosmas, Sergios, Menas, Joasaf, Joannikios, Paulos, Antonios, Euthymios, Dometianos, Parthenios, en nog 4 anderen.

De heilige martelaar Fokas, de wijngaardenier, eveneens in Sinope bij de Zwarte Zee. Hij had daar een klein tuinbouwbedrijf waarvan hij leefde, en een herberg aan de haven, ook voor het verstrekken van logies. Ook de soldaten die gestuurd waren om hem te doden, ontving hij zo vriendelijk en gastvrij, dat zij hem voorstelden hun overste te vertellen dat zij hem niet gevonden hadden, zodat hij zou kunnen ontvluchten. Maar Fokas wilde zijn leven niet aan een leugen te danken hebben, en zo stierf hij, in 303. De heilige Fokas wordt bijzonder vereerd door de zeelieden uit die streken, en er worden allerlei liederen over hem gezongen. Zij zijn ook gewoon om bij het middagmaal een portie opzij te leggen voor de heilige. Dit moet dan door een van de disgenoten worden gekocht, en het vergezamelde geld wordt aan het einde van de reis aan de armen uitgedeeld, uit naam van de heilige Fokas.
Zijn gedachtenis wordt ook gevierd op 3 juli.

De heilige Petros de tollenaar was hoofd-ontvanger en tegelijk brood-leverancier in Afrika tijdens de regering van keizer Justinianos. Hij was rijk, en zo hardvochtig dat het onder de armen als spreekwoord gold dat nog nooit iemand iets van hem gekregen had. Toen dit feit onder een groep bedelaars ter sprake kwam, sloot een van hen een weddenschap af dat hij toch iets van hem zou loskrijgen. Hij liep achter Petros aan toen deze brood ging bezorgen aan de kazerne, en hij viel hem zo lastig met het vragen van een aalmoes dat Petros, die zo gauw geen stok of steen bij de hand had, hem een hard brood naar het hoofd smeet. Dat kon die toen vol trots tonen als een gift van de hardvochtige Petros.
Toen Petros kort daarna ziek was, droomde hij voor de hemelse Rechter te staan, Die zijn daden in de weegschaal afwoog. Diep zonk de schaal met slechte daden omlaag, en zijn lot scheen beslist. Maar toen klonk een stem: “Leg het brood, dat de arme van hem gekregen heeft, in de schaal”. En terstond sloeg de balans door naar de zijde van de goede daden.
Deze droom maakte diepe indruk op Petros. Hij werd weer beter en vroeg zich toen af: “Als dat in woede toegeworpen brood zoveel zwaarder woog dan al mijn slechte daden, wat moet een vrijwillige gave dan wel niet waard zijn?” Vanaf dat ogenblik werd hij door milddadigheid een volkomen ander mens.
Aan een bijna naakte schipbreukeling schonk hij eens zijn kostbare jas. Toevallig zag hij later op de markt hoe die man de jas voor geld verkocht, en hij werd bedroefd omdat zijn gave God niet welgevallig was geweest. Maar toen zag hij in een droom hoe Christus Zelf die jas had aangedaan.
Nu kwam er geen einde meer aan zijn lust tot schenken: alles gaf hij weg, zijn slaven liet hij vrij, en hij verkocht zichzelf als slaaf om nog een laatste aalmoes te kunnen geven.
Hij werd gekocht door een christen in Jeruzalem, waar hij vol ijver en deemoed zijn slavenplichten vervulde. Zijn eigenaar kreeg ontzag voor hem en bood hem de vrijheid aan, maar Petros weigerde. Doch toen een gast uit Alexandrië de vroegere tolbeambte herkende en zijn lof begon te verkondigen, vluchtte hij weg en is verder volkomen onbekend gebleven, omdat hij niet de beloning van zijn inspanning in de waagschaal wilde stellen. Zijn levensverhaal werd geschreven door de heilige Joannes de Barmhartige, patriarch van Alexandrië. Zijn gedachtenis wordt eveneens gevierd op 20 januari.

De heilige Kosmas, Eremiet van Zografou op de Athos. Hij was monnik van dit Bulgaarse Athos-klooster, maar na een openbaring door de wonderdadige icoon van de heilige Moeder Gods ‘Zij-die-verhoort’, leefde hij verder als kluizenaar in een spelonk van de Athos-woestijn. Hij is gestorven in 1323.

De heilige Emmeraam, bisschop en patroonheilige van Ratisbon, gedood in 652. Hij was afkomstig uit Poitiers en als missionaris naar Beieren getrokken om te werken onder de heidense Avaren. Hertog Theotto van Beieren overtuigde hem van de onmogelijkheid om vandaar tot de Hongaarse Avaren door te dringen, door de onophoudelijke conflicten die heel het grensgebied in oorlogstoestand hielden. Emmeraam bleef daarom in Ratisbon en besteedde zijn werkkracht aan de inheemse bevolking.
Na drie jaar nam hij verlof om in Rome zijn studies te voleindigen. Terwijl hij op reis was, bleek de dochter van de hertog zwanger te zijn. Om haar minnaar te sparen, schoof zij de schuld op de bisschop, die naar haar mening veilig in Italië was. Maar haar woedende broer achtervolgde Emmeraam en haalde hem in nog voor hij de grens bereikt had. Hij overviel hem, bond hem op een ladder, sneed al zijn ledematen af en liet hem zo sterven. De moordenaar werd later in ballingschap gezonden en het lichaam van Emmeraam, wiens onschuld intussen gebleken was, werd naar Ratisbon gehaald.

De heilige Laudus (Lo), bisschop van Coutances van 529-568. Hij had de canonieke leeftijd nog niet bereikt toen hij om zijn bijzondere kwaliteiten tot bisschop gekozen werd, en er moest een speciale dispensatie komen. Hij werd gewijd door de heilige Godard, bisschop van Rouen, en bestuurde met grote ijver zijn diocees. Zijn naam komt voor op de lijsten van 4 Concilies te Orléans, en in 556 bezocht hij de stervende heilige Marculf in het klooster van Nantueil om hem bij te staan op zijn sterfbed en vervolgens de begrafenisdiensten te verrichten. Hetzelfde heeft hij gedaan voor de heilige Paternus, bisschop van Avranches, die stierf in Sessiac. Laudus stierf op 21 september 568.

De heilige Sofronios, bisschop van Wrattsjane in Bulgarije. De begaafde jongen kwam reeds op de leeftijd van 9 jaar op de opleidingsschool voor de geestelijkheid. Hij werd een gehuwde priester met opdracht om te prediken en les te geven aan het seminarie. Hij vertaalde ook de Levens der Heiligen in het Bulgaars, zowel uit het Grieks als uit het kerk-Slavisch. Hij leidde een leven van gebed, en bracht een tijd door op de Athos. Nadat zijn vrouw gestorven was, werd hij zelf monnik, met de naam Serafim. Hij werd in 1794 bisschop gewijd voor Wrattsjane, maar door de oorlog en allerlei moeilijkheden kon hij daar niet komen en hij werd toen belast met het bestuur van het bisdom Vidine. Zijn positie werd steeds moeilijker, en in 1803 moest hij uitwijken naar Roemenië. Hij vestigde zich in Boekarest, onder de naam Sofronios. Daar mocht hij de Kerk dienen door het schrijven van geestelijke boeken, terwijl hij hegoumen was van een klooster in die stad. Daar is hij ook gestorven in 1813, in de ouderdom van 64 jaar.

De heilige Sanctinus, de eerste bisschop van Meaux, naar men meent een leerling van de heilige Dionysios de Areopagiet; hij leefde echter waarschijnlijk in de 4e eeuw.

De heilige Digna en haar zuster Emerita. Zij leefden als maagden in Rome, en werden tijdens de vervolging van Valeriaan dood gefolterd in de 3e eeuw.

De heilige Mauritius (Maurikios) met zijn medemartelaren, onder Diokletiaan, in 286. De volgende namen zijn nog bekend: Exuperius, Candidus, Vitalis, Victor, nog een Victor, Alexander, Innocentius en Gereon, te Agaune in het Rhônedal, bij Sankt Moritz.
Zij maakten deel uit van het beroemde thebaanse legioen, dat gelegerd was in midden-Europa om de opstanden tegen de ondraaglijke belastingdruk te bestrijden. De groep van Mauritius bevond zich in de Rhône-vallei in Zwitserland, en de christenen weigerden deel te nemen aan het offerfeest dat aan de slag voorafging. Zij werden in rijen opgesteld en elke 10e man werd onthoofd, maar toen de rest onwankelbaar volhardde in hun weigering om aan de goden te offeren, werden allen omgebracht.

De heilige Florentius was door de heilige Martinus priester gewijd. Hij predikte het Evangelie in de streek van Poitou, maar later werd hij kluizenaar op de Glonneberg. Rond hem ontstond een klooster, dat zijn naam ontving.

De heilige Salaberga, weduwe en abdis, gestorven in 654 in de door haar gestichte abdij van Laon. Zij was geboren in het kasteel van Orney bij Langres, en blind. Toen eens de heilige abt Eustasius bij haar ouders op bezoek was, nam hij de kinderen in zijn armen om hen te zegenen. Hij zalfde de ogen van Salaberga met ziekenolie, en zij genas. Uit dankbaarheid beloofde zij haar maagdelijkheid aan God te wijden. Haar ouders wilden hieraan geen gevolg geven en huwden haar uit aan een edelman. Deze stierf echter twee maanden na het huwelijk. Salaberga dacht nu vrij te zijn, maar haar ouders bewerkten dat koning Dagobert haar nu zelf uithuwelijkte aan graaf Basso. Bij hem kreeg zij vijf kinderen. Wel werd Salaberga in staat gesteld zelf een klooster te stichten te Laon. Dit gebeurde dan ook op grootscheepse wijze. Het werd een dubbelklooster, voor monniken en monialen, en er waren zeven kerken. Vooral de vrouwenafdeling groeide voorspoedig en weldra bevonden er zich meer dan 300 monialen. Deze waren in koren verdeeld, zodat dag en nacht de lof van God gezongen werd, zonder onderbreking, de “Laus Perennis” zoals bij de Akimieten in sommige Griekse kloosters. Met toestemming van haar man trad ook Salaberga in haar klooster en bestuurde dit als abdis. Er traden ook echtparen in, die zich onder haar leiding stelden. Onder hen bevond zich de heilige Odilia. De laatste twee jaren van haar leven leed Salaberga ondraaglijke pijnen, die zij met grote moed doorstond. Tenslotte overleed zij en droeg daarbij het bestuur van de abdij over aan haar 20-jarige dochter Anstrude.

De heilige Lutruda leefde in Champagne het religieuze leven met verschillende andere maagden, die echter elk in hun ouderlijke woning gevestigd bleven, en waarvan er verschillenden als heiligen worden vereerd. Later bouwden zij echter een gezamenlijk verblijf, met een eigen kerkje waar zij de heilige diensten vierden. Daar is zij ook gestorven, rond het midden van de 7e eeuw.

De heilige Lolan, 5e eeuw. Hij was geboren te Kana in Gallilea, en naar Rome gekomen om weer bij zijn geliefde oom, de heilige Servus te zijn. Daar werd hij benoemd tot deurwachter van de grote kerk. Intussen was Servus als missionaris naar Schotland getrokken.
Zeven jaar nam Lolan zijn post waar. ledere avond sloot hij de kerk, nam de grote sleutel mee, en vroeg in de morgen kwam hij terug om de kerk te openen. Na die zeven jaar werd het verlangen om zijn oom terug te zien zo sterk, dat Lolan opnieuw besloot hem achterna te gaan. Hij sloot des avonds op de gewone wijze de kerk, legde de sleutel neer op een zichtbare plaats, en vertrok te voet op weg naar Schotland.
Een typisch middeleeuwse legende verhaalt hoe het verder liep. De volgende ochtend kwam de bisschop met zijn priesters bij de kerk, en zij vonden de deur gesloten. De sleutel was wel aanwezig, maar de zware poort was op geen enkele manier open te krijgen. Zij besloten het gebed te beginnen in het portaal en kregen toen de openbaring dat alleen de hand die de deur gesloten had, deze weer zou kunnen openen, en dat Lolan westwaarts getrokken was om het geloof te verkondigen. Een diaken en subdiaken werden hem dus achterna gezonden om hem terug te brengen. Lolan was intussen in Planum aangeland, en toen hij daar uit de kerk kwam, zag hij beiden naderen en hij begroette hen vol vreugde. Toen zij hun boodschap meedeelden dat alleen zijn hand de deur zou kunnen openen, steunde hij met zijn hand op een steen, trok snel besloten zijn zwaard, hieuw zijn hand af en gaf die mee aan de boden. Inderdaad kon daarmee de deur zonder moeite geopend worden. In ruil kreeg Lolan de gevraagde vier ezelsladingen aarde van het kerkhof van de Sint-Pieter om daar later zijn eigen lichaam in te laten begraven.
Verder wordt er geschreven over een heilige Lolan in Schotland, de raadsheer van koning Duncan, die hem bijstond in zijn strijd tegen de Deense invallers, maar waarbij hij zelf om het leven kwam. Dit gebeurde echter honderden jaren later, zodat er een verwarring moet ontstaan zijn tussen twee verschillende heiligen met dezelfde naam.

Ook nog op deze dag de heilige martelaren lsaäk, Nikolaas en Martinos, gestorven door het zwaard; en Jona, priester, te Castres in Gallië gegeseld en ter dood gebracht.

Eveneens op deze dag de heilige Jona, hegoumen van het Jachezerskiklooster, 16e eeuw; Makarios, hegoumen van het Jabinklooster; Silvanus, monnik te Levroux bij Bourges; en Theofanes de Hesychast, ingeslotene van het Holenklooster in Kiev.

Door de gebeden van deze en al Uw heiligen, Heer Jezus Christus onze God, ontferm U over ons en red ons. Amen.

teksten samengesteld door archimandriet Adriaan – eeuwige gedachtenis !
illustraties door matj. Johanna – eeuwige gedachtenis !
overgenomen met toestemming van het klooster St. Jan de Voorloper in Den Haag.

Gegevens

Datum:
22 september
Evenement Categorie: