Heiligen van de dag
- Dit evenement is voorbij.
Heiligen van de dag
24 juli, 2022
De heilige Athanasios, de nieuwe martelaar uit Kios in Bithynië. Hij woonde als een rijk man in Konstantinopel, waar hij zijn medeburgers die door de Turken onrechtvaardig waren behandeld, zoveel mogelijk bijstond en verdedigde. Tenslotte werd hij zelf gevangen genomen en voor de keus gesteld de Islam aan te nemen of berecht te worden. Athanasios bleef Christus trouw, ondanks maandenlange mishandelingen, en werd tenslotte onthoofd in 1670.
De heilige Christina was de dochter van een legeroverste te Tyros. Daar zij de kostbare afgodsbeelden van haar vader had kleingeslagen om de stukken aan de armen uit te delen, werd zij door haar eigen ouders aan de beulen overgeleverd. Voor het geloof heeft zij toen een wrede folterdood moeten verduren tegen het einde van de derde eeuw.
De heilige Boris en Gleb (in de doop Roman en David) waren de jongste zonen van de heilige vorst Wladimir uit zijn huwelijk met een bulgaarse christin. Wladimir had zijn rijk onder zijn zonen verdeeld, waarbij de oudste broer, Swjatopolk, grootvorst van Kiev was geworden. Deze was bang dat de andere broeders hem zijn erfdeel zouden betwisten, en terwijl hij hun liefde en vriendschap beloofde, zond hij in werkelijkheid sluipmoordenaars op hen af, die hen op brute wijze afslachtten, in 1015. Hun dramatisch einde maakte grote indruk op het russische volk, dat zich in alle tijden tot hen wendde als geliefde heiligen en als helpers in uiterste nood. Hun gedachtenis wordt gevierd op 24 juli‚ de dag dat de tot hun eer gebouwde kerk werd gewijd.
De heilige Declan, bisschop van Ardmore in Ierland, werd geboren in het huis van een zekere Dobran, waar zijn ouders, de vorsten van Nandesi, lange tijd verblijf hielden. Er kwam een heilige priester op bezoek, de latere bisschop Colman, die een diepe indruk op hen maakte, zodat zij het kind lieten dopen. Dit bleef toen in het huis van Dobran en toen de jongen zeven jaar oud was werd hij opgevoed door Dymna, een kluizenaar uit de omgeving. Declan leefde lange tijd bij hem en werd zelf een bekende geestelijke persoonlijkheid, tot wie velen kwamen om zich onder zijn leiding te stellen, zodat er een gemeenschap van kluizenaars ontstond.
Met verschillende van zijn leerlingen ging hij op pelgrimstocht naar Rome en hij werd daar door de paus tot bisschop gewijd. Bij zijn terugkeer naar lerland kwam hij door Wales, waar hij de heilige David ontmoette. In Ierland vestigde hij zich in Ardmore, dat hem door de graaf was geschonken. Hij is gestorven in het begin van de 6e eeuw.
De heilige Lupus, bisschop van Troyes, was eerst advokaat in Toul, gehuwd met de zuster van de heilige Hilarion van Arles. Zij leidden gezamenlijk een christelijk leven, maar het feit dat er geen kinderen kwamen, was naar hun mening een aanwijzing dat zij naar een volmaakter leven moesten zoeken. Na zes jaar huwelijk besloten zij met dat doel uit elkaar te gaan; Lupus verkocht zijn bezittingen om de opbrengst aan de armen te schenken, en werd monnik in de beroemde abdij van Lerins, waar hij een voorbeeldig monastiek leven leidde.
Na een reis naar Macon, om de laatste rest van zijn bezittingen te gelde te maken, werd hij op de terugweg opgevangen door gezanten uit Troyes, die hem na de dood van hun bisschop in 426 presten diens opvolger te worden. Daar, bleef hij trouw aan zijn asketische levenswijze, een leven van uiterste soberheid, bedekt met armoedige kleding en om de andere nacht wakend in gebed. Soms vastte hij volkomen drie dagen achtereen. Toch hield hij dit leven vijftig jaar vol, en hij spreidde daarbij een grote werkzaamheid ten toon. Samen met de heilige Germanus van Auxerre werd hij uitgezonden naar Engeland ter bestrijding van het daar veld winnende pelagianisme.
Maar ook in zijn eigen diocees was hij als zieleherder werkzaam en hij won de harten door de overtuigingskracht van zijn woord, dat gedragen werd door daadwerkelijke liefde voor de ander.
Troyes was een open stad en toen de Hunnenvorst Atilla, die zichzelf “de Gesel Gods” noemde, na een zegevierende veldtocht met zijn vierhonderdduizend man door Thracië, Griekenland, lllyrië en Duitsland de stad naderde, was heel de bevolking verstijfd van angst omdat men wist hoe wreed de Hunnen op konden treden in de door hen veroverde streken. Lupus kleedde zich toen in zijn bisschoppelijke gewaden en trok in plechtige processie naar het vijandelijk leger. Atilla, die meermalen blijk had gegeven van zijn ridderlijke natuur, kon zulk een moedig optreden waarderen en beloofde Troyes te sparen.
Toen de Hunnen later door het romeinse leger waren verslagen, wendde Atilla zich tot Lupus en liet vragen voor hem te bidden bij zijn terugtocht en hem te vergezellen tot aan de Rijn. Deze voldeed aan het verlangen van een vijand die zich tegenover Troyes edelmoedig had betoond, maar dit werd Lupus hoogst kwalijk genomen en hij werd uit de stad verdreven. Na enkele jaren begon men in te zien hoe men zichzelf beroofd had van de aanwezigheid en de voorspraak van zulk een heilig man en men verzocht hem op zijn zetel terug te keren. Lupus ging zonder wrok weer aan het werk en bestuurde zijn diocees tot aan zijn dood in 478, na een bestuur van 52 jaar.
De heilige Niketa en Kallinika (of Aquilina) waren twee zusters, bekende publieke vrouwen, die afgestuurd werden op de martelaar Christoforos in de gevangenis, om hem tot ontucht te brengen en daardoor Christus te laten verloochenen. Maar het resultaat was dat de twee vrouwen zich bekeerden. Zij werden ter dood gebracht op bevel van koning Dago, in de 3e eeuw.
De heilige Wulfhad en Ruffin waren zonen van de koning van Mercië. Tijdens de jacht kwamen zij in aanraking met een kluizenaar en leerden zo Christus kennen en liefhebben. Nadat zij zich hadden laten dopen, werden zij door woedende familieleden vermoord, in 658.
De heilige Tichon van de Jenisei stamde uit een priestergeslacht in Oestjoeg en toen hij volwassen werd, trok hij naar een grensstad aan de Jeniseirivier. Daar trad hij in het Nieuw Chozaklooster en leidde een asketisch leven om zich voor te bereiden voor een kluizenaarsbestaan in de wildernis. Met zegen van de abt trok hij met zijn medebroeder Dionissii in een kleine boot de rivier op, en na overwinterd te hebben, vonden zij in 1657 een geschikte open plek te midden van ondoordringbare wouden.
Zij richtten daar een groot kruis op, bouwden cellen en begonnen hun Godwelgevallig leven van voortdurende handenarbeid en onophoudelijk gebed. Het duurde niet lang, of anderen begonnen bij hen te komen, ook reeds oudere, bekende geestelijke vaders. Met Gods hulp en de zegen van aartsbisschop Simeon van Tobolsk bouwden zij een houten kerk. De broeders drongen er bij Tichon op aan dat hij het priesterschap zou aanvaarden voor hun gemeenschap.
Hij was op bijzondere wijze een voorbeeld van asketisch leven. Wanneer hij de Heilige Liturgie moest vieren, bracht hij de voorafgaande nacht wakend door in gebed. Gedurende de Grote Vasten at hij alleen op zaterdag en zondag, en dan nog slechts brood en water. Zijn grote lichaamskracht putte hij uit door zware kettingen te dragen om borst en rug. ln een bepaalde winter bracht hij op ski’s met een slee achter zich aan de relieken van het zalige kind Basilios van Mangazea naar het klooster. Hij is daar in 1682 gestorven, nadat hij 25 jaar aan het hoofd van zijn stichting had gestaan.
De heilige Theoflios van het eiland Zakynthos, was scheepsjongen op een koopvaardijschip, afkomstig uit Chios. Omdat hij slecht werd behandeld, ontvluchtte hij na de thuisreis het schip. Maar de kapitein wist hem te grijpen en besneed hem onder geweld. Omdat hij vol bleef houden christen te zijn, gold hij nu als een afvallige. Daarom werd hij door de Turken op Chios verbrand in 1603.
De heilige Gaon, monnik van Fontenelle en neef van de heilige Wandril, die hem naar Rome had gezonden om relieken mee te brengen voor zijn kerken. Bij zijn terugkeer zocht hij de eenzaamheid in Ange‚ en zoals zo vaak gebeurde, anderen kwamen bij hem wonen. Hij stichtte op den duur een klooster waarvan hij de abt werd.
De heilige Sigoulena, weduwe en abdis, was te Albi geboren tegen het einde van de zevende eeuw. Zij leidde een vroom leven en na de dood van haar man werd zij door de bisschop tot diakones gewijd en aangesteld tot abdis van het klooster Troclar in het land van de Tarn, indertijd gesticht door haar vader. De rest van haar leven was ‘een samenweefsel van werken van liefdadigheid, askese en goede werken’. Het is niet bekend wanneer zij is gestorven.
Ook nog op deze dag de heilige martelaren: Hymeneos, gedood met het zwaard evenals Kapiton; Hermogenes, gemarteld en gedood; Lewina, een britse maagd, door de Saksen gedood in Sussex; Vincentius, ter dood gebracht in Rome; 83 soldaten in de Abruzzen; de broers Victor, Stercatius en Antinogenes, die door verschillende folteringen gestorven zijn te Merida in Spanje.
Eveneens op deze dag de heilige Polykarpos, hegoemen van het Holenklooster, gestorven in 1182; Salomptinos, bisschop van Jeruzalem; Pachomios, abt van het Meer; Ursicinus, bisschop van Sens, 5e eeuw; en Pavacius, bisschop van Le Mans, 4e-5e eeuw.
Door de gebeden van deze en al Uw heiligen, Heer Jezus Christus onze God, ontferm U over ons en red ons. Amen.
teksten samengesteld door archimandriet Adriaan – eeuwige gedachtenis !
illustraties door matj. Johanna – eeuwige gedachtenis !
overgenomen met toestemming van het klooster St. Jan de Voorloper in Den Haag.