Heiligen van de dag
- Dit evenement is voorbij.
Heiligen van de dag
28 januari, 2021 - 29 januari, 2021
De heilige Efraïm de Syriër werd in 306 geboren te Nisibis in Mesopotamië. Hij kwam uit een arm gezin‚ en moest in zijn jeugd reeds de kost verdienen als schaapherder. Eens werd de kudde aangevallen door een overmacht van wolven, zodat ondanks het moedig gevecht van de herders, een aantal schapen gedood en opgevreten werden. In die streek was dat eigenlijk nog nooit voorgekomen en daarom werden de herders niet geloofd. Integendeel, ze werden ervan beschuldigd zelf de schapen geroofd te hebben en ze werden veroordeeld tot gevangenisstraf. ln het begin was Efraïm, evenals de anderen, geheel en al opstandig over deze schreeuwende onrechtvaardigheid, maar in een droom kwam hem het inzicht dat hij toch in veel andere dingen schuldig stond tegenover God. Daarna aanvaardde hij gelaten de straf.
Toen na enige tijd duidelijk werd dat inderdaad een grote groep wolven de streek onveilig maakte, kwam hun onschuld aan het licht zodat ze vrijgelaten werden. Het gedrag van Efraïm had echter de aandacht getrokken van de priester die belast was met de zorg voor de gevangenen, en deze sprak over hem met de bisschop Jakobos. Deze nam hem toen op in zijn seminarie. Daar bleken al spoedig zijn helder verstand en geestelijk inzicht en nadat Efraïm diaken was gewijd, vergezelde hij zijn bisschop naar het concilie van Nicea.
Terug in Nisibis werd hem het predikambt toevertrouwd, waarin hij zich op bijzondere wijze ontwikkelde. Hij was een groot dichter en schreef zijn preken in metrische vorm. Ze werden min of meer zingend voorgedragen en daardoor wist hij diepzinnige theologische beschouwingen en opwekkingen tot geestelijk leven aantrekkelijk te maken, ook voor gewone mensen, die hem als een van de hunnen herkenden.
Zijn roem breidde zich uit over heel de christenheid; zijn geschriften werden alom vertaald en gebruikt. Toen Nisibis in 363 door de Perzen was ingenomen, werd Efraïm uitgenodigd naar de beroemde theologische school van Edessa te komen. Ook daar zette hij zijn ascetische levenswijze voort en hij vestigde zich in een grot buiten de stad. Hij gaf onderricht aan de studenten die bij hem kwamen, en predikte voor het volk dat aangetrokken werd door zijn roep van heiligheid.
Toen hij ouder werd trok hij nog naar Egypte om de grote woestijnmonniken. te bezoeken. Onderweg werd hij door de grote Basilios tot priester gewijd, maar hij heeft nooit de Heilige Liturgie durven vieren, omdat de verhevenheid van dit Mysterie hem zo duidelijk voor ogen stond.
Ook na zijn dood te Edessa, in 373, heeft hij grote invloed uitgeoefend door zijn bijbelcommentaren en liturgische gebeden. Denken we slechts aan dat wonderbare gebed: “Heer en Meester van mijn Ieven..” , dat ons de gehele vastentijd zo intensief vergezelt.
De heilige Efraïm, bisschop van Perejaslav. Hij was vroeger verbonden geweest aan het hof van de grootvorst in Kiev, maar kreeg een afkeer van de oppervlakkigheid van dit leven. In die tijd begon de heilige Antonios als kluizenaar te leven in de grotten aan de steile rivieroever en zijn eerste volgelingen te krijgen; ook Efraïm sloot zich bij hen aan. Omdat hij een goede opvoeding genoten had, zond de heilige Theodosios die aan het hoofd van de gemeenschap stond, hem naar Constantinopel om een afschrift te gaan halen van de regel van het beroemde Studionklooster. Deze regel is verschillende eeuwen in Rusland in gebruik gebleven, maar werd later vervangen door het typikon van Jeruzalem.
Daarna deed de kerk een beroep op zijn werkkrachten organisatietalent en zijn geschiktheid om met mensen om te gaan. Zo werd hij bisschop gewijd van Perejaslav en later tot metropoliet van Kiev, in 1089. Zijn gaven kon hij volledig gebruiken bij het organiseren van de dringend noodzakelijke zorg voor de vele armen in die onrustige tijden, en voor het bouwen van kerken en hospitalen voor de groeiende bevolking. Op zijn initiatief ontstonden de eerste stenen kerken die niet zo gemakkelijk door brand verwoest konden worden als de voormalige houten gebouwen, maar twee eeuwen later zijn ze toch door de Tartaren met de grond gelijk gemaakt. Nadat hij zijn ambt zeven jaar vervuld had, is hij gestorven, in 1096.
De heilige Leukios en Kallinikos werden tijdens de vervolging van Decius na velerlei folteringen onthoofd te Appolonia in Frygië. Thyrsos, die samen met hen gefolterd was, hoorde toen een stem uit de hemel, die hem uitnodigde te komen; onder gebed gaf hij toen zijn geest terug aan God.
De heilige Julianus was bisschop van Cuenea in Spanje. Hij besteedde alle kerkelijke inkomsten ten bate van de armen en verricitte zelf handwerk om in zijn eigen onderhoud te kunnen voorzien, naar het voorbeeld van de apostel. God schonk hem daarvoor de gave van wonderen.
De heilige Jakobos was kluizenaar in Palestina. Nadat hij eens door zijn gebed een bezeten meisje genezen had, liet haar vader haar nog enige tijd bij hem achter, om de genezing te stabiliseren. Jakobos werd echter zelf door de demon bezeten en door hartstocht overmand. Daarna verviel hij zodanig tot wanhoop dat hij het meisje vermoordde, evenals haar broer die anders tegen hem zou kunnen getuigen. Hij wierp de lichamen in de rivier en nam de vlucht.
Later kwam hij tot inkeer en om te boeten voor zijn gruwelijke zonden sloot hij zich op in een graftombe, onder de allerstrengste ascese. Toen jaren later in die streek een langdurige droogte heerste, werd het de bisschop door een innerlijke stem duidelijk gemaakt dat hij aan de asceet in het graf moest vragen om voor hen te bidden. Jakobos weigerde, omdat hij zich daartoe onwaardig voelde, maar toen de bisschop bleef aandringen deed hij een gebed om regen. Op hetzelfde ogenblik kwam er een wolkbreuk waardoor de aarde weldadig werd gedrenkt; zo vatte de vertwijfelde monnik weer moed, want nu was het duidelijk dat God hem vergeven had, hoe ontzettend hij ook had gezondigd. Met vreugde volhardde hij in zijn ascetisch leven en onophoudelijk gebed totdat hij in vrede ontsliep.
De heilige Isaäk de Syriër, bisschop van Nineve en schrijver van beroemde geschriften over de christelijke ascese. Zijn afkomst is niet bekend maar reeds jong werd hij, samen met zijn broer, monnik in het klooster van de heilige Mattheos bij Nineve. Toen hij gewend was aan het monniksleven ging hij weg naar een verlaten plaats om ‘met God alleen te zijn’ in een leven van gebed en meditatie. Zijn broer werd abt van het klooster en vroeg hem dikwijls terug te komen, maar Isaäk wilde het kluizenaarsleven niet opgeven.
Aangespoord door een goddelijke openbaring volgde hij wel de oproep om bisschop te worden van Nineve. Toen hij echter bemerkte hoe weinig invloed hij kon uitoefenen op het onchristelijk gedrag van zijn kudde, vond hij het nutteloos om daar nog verder zijn tijd aan te besteden, en ging terug naar zijn cel.
Uit zijn geschriften blijkt welk een graad van volmaaktheid hij bereikt heeft, want het is duidelijk dat hij uit eigen ervaring sprak. Veel monniken kwamen dan ook bij hem om raad te vragen en onder hen zijn verschillende latere heiligen. lsaäk is in hoge ouderdom ontslapen in het begin van de achtste eeuw.
De heilige Paulinus werd geboren in een boerengezin in Oost-Frankrijk in 726. Hij nam deel aan het boerenwerk, maar om zijn opvallende intelligentie werd hij uitgezonden om te studeren en later werd hij zelf docent en priester. Karel de Grote stelde veel vertrouwen in hem en nam hem als raadgever op de onder zijn bestuur gehouden concilies‚ o.a. in Aken, Radisbon en Frankfurt. Ook toen Paulinus zelf bisschop geworden was, organiseerde hij in zijn geboortestreek Frioul een concilie, waar hij strijd voerde tegen de ketterij dat Christus slechts een aangenomen zoon van God zou zijn. Ook predikte hij het geloof in de nog heidense berglanden van Oostenrijk, waar velen zich door hem lieten overtuigen. Zo drong hij steeds verder door naar het Zuiden, tot aan de Adriatische Zee. Daar is hij gestorven, in 804, bijna tachtig jaar oud.
De heilige Goharrinoos, Rattikoos, Tzammidoos en Toekikoos waren zonen van de armeense edelman David van Sebaste. Deze David had zich tijdens de Arabische overheersing van de slavernij gered door de islam aan te nemen, samen met zijn oudste zoon Arrig. Maar zijn vrouw was gelovig gebleven en had de vier overige zonen christelijk opgevoed.
Toen zij volwassen werden, namen zij als christen dienst in het Arabische leger, wat geoorloofd was. Het werd echter bekend dat zij zonen waren van de tot de islam bekeerde David en toen werden zij als opstandelingen beschouwd. Ze werden gevangen genomen, maar hun moslim-broer wist hen te bevrijden. Daar zij er echter openlijk voor bleven uitkomen christen te zijn werden ze opnieuw voor de rechter gebracht. Toen deze er niet in slaagde hen tot verloochening van Christus te brengen, werden zij onthoofd.
Ook Theodoor, de zoon van Goharrinoos, die monnik geworden was, werd op beschuldiging van ongehoorzaamheid gevangen gezet. Op zijn besliste weigering te voldoen aan de herhaalde verzoeken de islam aan te nemen, werd hij heftig gemarteld en toen hij zelfs met stokslagen en zwaardhouwen er niet toe gebracht kon worden een moskee te betreden werd hij aan stukken gesneden en voltooide zo zijn martelaarschap, vijf maanden na dat van zijn vader.
Ook nog op deze dag de heilige martelaren: Charis, die stierf nadat men haar de benen had afgehouwen; Flavianus, die te Rome zijn lijden volbracht onder Diokletiaan; vele martelaren in Alexandrië, die tijdens het vieren van de heilige mysteriën door de Arianen overvallen waren; en Leonides met zijn gezellen, in Opper-Egypte, onder Diokletiaan.
Eveneens op deze dag de gedachtenis van de heilige Valerius, bisschop van Saragossa in Spanje; en Johannes, priester in het klooster van Réomay in Frankrijk, die zich geheel aan God had toegewijd. Hij was beroemd door zijn heiligheid en zijn wonderen, en stierf in de ouderdom van 120 jaar tegen het midden van de 6e eeuw; Glastianus was bisschop tijdens de burgeroorlog waarbij de Picten tenslotte onderworpen werden aan de Schotten; hij stierf in 830.
Door de gebeden van deze en al Uw heiligen, Heer Jezus Christus onze God, ontferm U over ons en red ons. Amen.
teksten samengesteld door archimandriet Adriaan – eeuwige gedachtenis !
illustraties door matj. Johanna – eeuwige gedachtenis !
overgenomen met toestemming van het klooster St. Jan de Voorloper in Den Haag.