Lezingen van de dag
- Dit evenement is voorbij.
Lezingen van de dag
6 juni, 2022
Maandag in de 7e week van Pascha
APOSTEL
Hand 21:8-14
Lezing uit de Handelingen der Apostelen,
In die dagen gingen de apostelen weg uit Tyrus en kwamen aan in Caesarea; wij gingen naar het huis van Filippus, de verkondiger van het evangelie en één van de zeven, en bleven bij hem. Deze had vier ongehuwde dochters, die profeteerden. En toen wij daar een aantal dagen bleven, kwam er een profeet uit Judea, die Agabus heette. En hij kwam naar ons toe, pakte de gordel van Paulus, en nadat hij zijn handen en voeten daarmee gebonden had, zei hij: Zo spreekt de Heilige Geest: De man van wie deze gordel is, zullen de Joden op deze manier in Jeruzalem binden en in de handen van de heidenen overleveren. Toen wij dit hoorden, smeekten wij hem, evenals de mensen van die plaats, dat hij niet naar Jeruzalem zou gaan. Maar Paulus antwoordde: Waarom weent gij en breekt gij mijn hart? Want ik ben bereid, niet alleen gebonden te worden, maar ook te sterven in Jeruzalem voor de Naam van de Heer Jezus. En toen hij zich niet liet overtuigen, deden wij er het zwijgen toe, en zeiden: Laat de wil van de Heer geschieden.
EVANGELIE
Jh Pericoop 49 (Jh 14 : 27c-15:7)
Lezing uit het Heilig Evangelie volgens Johannes,
De Heer zei tegen Zijn leerlingen: ‘Laat Uw hart niet ongerust zijn, en niet bevreesd. Gij hebt gehoord dat Ik tegen u gezegd heb: Ik ga heen en Ik kom weer bij u terug. Als gij Mij liefhadt, zoudt gij u verheugen, omdat Ik gezegd heb: Ik ga naar de Vader, want Mijn Vader is meer dan Ik. En nu heb Ik het u gezegd, voordat het zal gebeuren, zodat gij het zult geloven wanneer het gebeurt. Ik zal niet veel meer met u spreken, want de vorst van deze wereld komt en hij heeft geen macht over Mij, maar de wereld moet weten dat Ik de Vader liefheb en doe zoals de Vader Mij geboden heeft. Sta op, laten wij hier vandaan gaan. Ik ben de ware wijnstok en Mijn Vader is de wijnbouwer. Elke rank aan Mij die geen vrucht draagt, neemt Hij weg; en elke rank, die vrucht draagt, snoeit Hij, opdat hij meer vrucht draagt. Gij zijt al rein vanwege het woord, dat Ik tot u gesproken heb. Blijf in Mij, dan blijf Ik in u. Zoals de rank geen vrucht kan dragen uit zichzelf, als zij niet aan de wijnstok blijft, zo ook gij niet, als gij niet in Mij blijft. Ik ben de wijnstok, gij de ranken. Wie in Mij blijft, en Ik in hem, die draagt veel vrucht, want zonder Mij kunt gij niets doen. Als iemand niet in Mij blijft, wordt hij weggeworpen zoals een rank en verdort; en ze worden verzameld, in het vuur geworpen en ze verbranden. Als gij in Mij blijft en Mijn woorden in u blijven, vraag wat gij wilt, en het zal u geschieden.’