Lezingen van de dag
- Dit evenement is voorbij.
Lezingen van de dag
27 januari, 2022
APOSTEL
Jak 4 : 7-5:9
Lezing uit de brief van de heilige apostel Jakobus,
Broeders, onderwerp u aan God. Bied weerstand aan de duivel en hij zal van u wegvluchten. Nader tot God, en Hij zal tot u naderen. Reinig de handen, zondaars, en zuiver de harten, gij die innerlijk verdeeld zijt! Besef uw ellende, treur en ween. Laat uw lachen veranderd worden in treuren en uw blijdschap in droefheid. Verneder u voor de Heer, en Hij zal u verhogen. Broeders, spreek geen kwaad van elkaar. Wie van zijn broeder kwaadspreekt en over zijn broeder oordeelt, spreekt kwaad over de wet en oordeelt over de wet. Als gij over de wet oordeelt, zijt gij geen dader van de wet, maar een rechter. Eén is de Wetgever en Rechter, namelijk Hij Die kan redden én te gronde richten. Maar wie zijt gij, die over de ander oordeelt? Dan iets voor u die zegt: Wij zullen vandaag en morgen naar die en die stad reizen, en daar een jaar doorbrengen en handeldrijven en winst maken, gij, die niet weet wat er morgen gebeuren zal, want hoe is uw leven? Het zal immers een damp zijn, die voor een korte tijd verschijnt maar daarna ook verdwijnt. In plaats daarvan zoudt gij moeten zeggen: Als de Heer wil en wij leven, dan zullen wij dit of dat doen. Maar nu roemt gij in uw hoogmoed. Al zulk soort roem is slecht. Wie dan weet goed te doen, en het niet doet, voor hem is het zonde. Nu dan, rijken, ween en jammer over al de ellende die u overkomt. Uw rijkdom is vergaan en uw kleren zijn door de motten aangevreten. Uw goud en zilver is verroest en hun roest zal een getuigenis tegen u zijn en uw vlees als een vuur verteren. Gij hebt schatten verzameld in de laatste dagen. Zie, het loon van de arbeiders die uw velden gemaaid hebben, dat door u achtergehouden is, schreeuwt tot God, en de jammerklachten van hen die geoogst hebben, zijn doorgedrongen tot de oren van de Heer van de hemelse legermachten. Gij zijt u aan weelde te buiten gegaan op de aarde en hebt uw eigen lusten gevolgd. Gij hebt uw hart gevoed als op de dag van de slacht. Gij hebt de rechtvaardige veroordeeld en gedood en hij verzet zich niet tegen u. Wees daarom geduldig, broeders, tot de komst van de Heer. Zie, de landbouwer verwacht de kostbare vrucht van het land, en heeft daarbij geduld, totdat het de vroege en late regen zal hebben ontvangen. Gij moet ook geduldig zijn en uw hart versterken, want de komst van de Heer is nabij. Klaag niet over elkaar, broeders, opdat gij niet geoordeeld wordt. Zie, de Rechter staat voor de deur.
EVANGELIE
Mk 5 : 1-20
Lezing uit het Heilig Evangelie volgens Markus,
In die tijd kwam Jezus aan de overkant van het meer in de landstreek van de Gergesenen.
En zodra Hij uit de boot gegaan was, kwam uit de grafspelonken een man Hem tegemoet, met een onreine geest.
Deze had zijn verblijf in de graven en zelfs met kettingen kon niemand hem binden. Want hij was vaak met voetboeien en kettingen vastgebonden, maar hij had de kettingen stukgetrokken en de voetboeien verbroken, en niemand was sterk genoeg om hem in bedwang te houden. Hij was voortdurend, dag en nacht, in de graven en in de bergen, schreeuwend, terwijl hij zich met stenen verwondde. En toen hij Jezus in de verte zag, rende hij naar Hem toe en viel voor Hem neer. En luid schreeuwend zei hij: ‘Jezus, Zoon van de allerhoogste God, wat hebben wij met elkaar te maken? Ik bezweer U bij God, dat Gij mij niet pijnigt.’ Want Hij had tegen hem gezegd: ‘Onreine geest, ga uit van deze mens.’ En Hij vroeg hem: ‘Hoe is uw naam?’ En hij antwoordde: ‘Mijn naam is legioen, want wij zijn groot in aantal.’ En hij smeekte Hem met aandrang, dat Hij hen niet uit die streek zou wegsturen. Nu werd daar op de berghelling een grote kudde varkens gehoed. En al de demonen smeekten Hem: Stuur ons naar de varkens, om bij hen in te trekken. En Jezus stond het hun meteen toe. En de onreine geesten gingen uit en gingen in de varkens. En de kudde van omstreeks tweeduizend stortte zich langs de steile helling in zee, en zij verdronken in de zee. En de varkenshoeders vluchtten weg en vertelden het in de stad en op het land. En de bewoners kwamen kijken wat er gebeurd was. En zij kwamen bij Jezus en zagen de bezetene zitten, gekleed en goed bij zijn verstand, en zij werden bevreesd. En zij die het gezien hadden, vertelden wat er met de bezetene gebeurd was, en ook over de varkens. En zij begonnen Hem te smeken hun landstreek te verlaten. Toen Hij nu in de boot ging, smeekte de man die bezeten geweest was Hem, of hij bij Hem mocht blijven. Hij stond het hem echter niet toe, maar zei tegen hem: ‘Ga naar uw huis en naar de uwen en vertel hun al wat de Heer u gedaan heeft, en hoe Hij zich over u ontfermd heeft.’ Hij ging dan weg en begon in het gebied van Dekapolis te verkondigen al wat Jezus voor hem gedaan had. En allen verwonderden zich.